Onafwendbaar

De herfst heeft de plaats van de zomer ingenomen. De fijne takjes van de kale berken zwiepen mee op de wind. De berm voor de sloot is afgedekt met bruin turfmolm. De bollen in de aarde wachten op de roep van het voorjaar om dan tot bloei te komen.

Behoedzaam doe ik de deur van het kuurtentje open.  Zachtjes, want misschien slaapt Maarten wel. Maarten is al heel lang ziek. Ik weet niet anders of hij ligt op bed. Nog een paar dagen, en dan zal het tentje weer leeg zijn. Dan wordt Maartens bed weer in de voorkamer gezet. Daar is het minder koud. Maar  in de zomer ligt hij in het kuurtentje. Het kuurtentje is wendbaar zodat het kan meedraaien naar de zonkant. Maarten heeft tuberculose. Misschien, als hij rust en veel eet, dat hij beter wordt! Maar of hij echt beter zal worden? Ik weet het niet. Ik hoop het maar. Hij ligt in een hoog bed. Zo kan hij zien wat er gebeurt en naar buiten kijken. Als hij in het tentje ligt, kan hij door de ramen het weiland zien. In de zomer ziet het gras helemaal geel van de boterbloemen en de paardenbloemen. Soms staan nieuwsgierige koeien voor het slootje naar hem te kijken.We moeten er samen om lachen! En soms zwaai ik naar de koeien.

Ik sluit voorzichtig de deur van het tentje.Op mijn tenen loop ik naar Maarten. Ik kijk. Nee, Maarten slaapt vandaag niet. Hij ligt naar buiten te kijken. Zijn mooie zwarte haren steken af bij het witte kussensloop. Zachtjes loop ik naar het hoge ledikant.  Ik ga op mijn tenen staan om Maarten beter te zien. “Zo kom je weer een poosje oppassen? Dat vind ik fijn!” Ik pak het bankje dat onder zijn bed staat en schuif het naast het bed. Ik ga erop staan. Zo kan ik Maarten beter zien. Soms klim ik op het bed. En ik voel dan het gipsbed waarin Maarten ligt. Het is hard.Heel hard! En hij moet daar dag en nacht in liggen. Zijn lendenwervels zijn ziek. Ontstoken door door tbc. En daarom moet hij in een gipsbed liggen.  De wijkzuster komt iedere dag om Maarten te verzorgen. Ze heeft een wit schort voor en een kapje op haar hoofd. Ik hoop dat zij Maarten goed verzorgt. En dat hij snel weer beter wordt. Hij kan niet eens zitten!

Het kuurtentje is net een klein kamertje. Naast het bed van Maarten staat een hoog tafeltje. Er liggen altijd dikke boeken op. Maarten leest heel veel. Hij zegt altijd: “Als ik beter word, wil ik dominee worden. En daarom wil ik al die boeken lezen. Dan weet ik al veel”. Ik kan nog niet lezen. Ik ben nog maar vijf jaar.

Ik blijf een hele poos bij Maarten. Het is altijd heel gezellig. Hij praat veel en we hebben plezier samen. Hij heeft alle tijd. Hij hoeft niets anders te doen dan liggen! Een paar dagen later wordt het bed van Maarten in de voorkamer gezet. Straks wordt het weer winter. Maarten zelf wordt naar de voorkamer gedragen, want lopen mag niet.

Nu is hij veel dichterbij dan in het tentje. Ik ga nog vaker met hem praten. Maarten vindt het altijd fijn als ik even kom. Maar hij zegt steeds vaker dat hij er te moe voor is. Hij pakt soms mijn hand en lacht een beetje naar mij.  Ik ga dan wel eens bijna huilen, maar dat mag Maarten niet zien. Ik word een beetje ongerust. Maarten eet heel weinig en dikwijls moet hij overgeven. Hij wordt erg mager.  Zijn boterhammen gaan bijna altijd terug naar de keuken. En de dokter komt veel vaker dan eerst. Ik ga nu naast zijn bed zitten, zonder dat we praten. Maarten ligt dan heel stil.  Maar hij kan lang niet altijd stilliggen. Zijn benen tintelen vaak. Moeder en de grote zussen wrijven dan zijn benen. Zo gaat het bloed weer beter stromen, zegt moeder.  Maar het helpt maar even, en dan begint het weer. Ik wil Maarten zo graag helpen. Maar ik ben nog klein. Moeder bidt iedere dag of Maarten beter mag worden.

Het gaat niet goed met Maarten. Hij kan nu ook niet meer alleen blijven ’s nachts . Moeder en de groten blijven om de beurt bij hem. Hij is vaak heel stil. Hij leest ook niet meer. Hij ligt maar te kijken. Wat zou hij allemaal denken? Is hij verdrietig? Of misschien wel bang? Soms wil hij niemand aankijken en met niemand praten. Het lijkt dan alsof hij boos is. De dominee komt dikwijls met hem praten. Misschien helpt dat wel om beter te worden. Vandaag is de dominee er ook weer. Maarten praat veel vandaag. Ik hoor het in de achterkamer. Het lijkt wel alsof hij blij is. En dat vind ik fijn want dat is goed voor hem. Even later gaat moeder ook naar Maarten. Het lijkt vandaag heel anders. Later, als de dominee weg is, zie ik dat Maarten heel blij kijkt. En moeder is ineens ook niet meer verdrietig. Als het nacht is, roept moeder ons naar beneden. “Maarten wil dat we met zijn allen een psalm zingen,” zegt zij. Maarten kijkt heel blij en zegt: “Ik ga gauw sterven! Maar dat vind ik niet erg. Want ik moet niet sterven. Ik mag sterven.” Hij zegt nog veel meer. Wat hij allemaal nog meer zegt, dat weet ik niet meer. Alleen dat hij naar de hemel gaat, dat weet ik nu heel zeker! Maarten wil dat wij psalm 68 vers 10 zingen: Geloofd zij God met diepst ontzag. Terwijl wij dat zingen, hoor ik dat Maarten heel blij is. Hij zingt het hardst van ons allemaal!

Maarten leeft daarna nog zes weken. Hij is al die weken blij. Hij sterft op 22-jarige leeftijd na vier jaar ziek te zijn geweest.

Dit bericht heeft 8 reacties

    1. Mee op de wind

      Ieder verhaal schrijft zichzelf en dit verhaal staat heel dicht bij mij.
      Dank Carol!

  1. Clazien

    Wat een ontroerend verhaal !
    Maar wat een troost voor degene die ging en degenen die achter bleven !!!

    Groeten,
    Clazien.

    1. Mee op de wind

      Ja,zo was het!
      Al zó lang geleden en toen ik het verhaal schreef kwam alles weer zo heel dichtbij!
      Dank voor het lezen en het reageren
      van meeopdewind

    2. ada heuseveldt

      Een heel mooi troostvol verhaal .Knap dat je dit kunt ! Je kunt er trots op zijn. Hartelijke groetjes Ada .

      1. Mee op de wind

        Het was voor het hele gezin heel troostvol zoals Maarten stierf.
        Hij was er helemaal klaar voor!
        Dank voor je reactie Ada. Fijn dat je mijn verhalen leest, en zo mijn leven deelt.
        Groet van
        mee op de wind.

  2. Constance

    Onder de indruk ben ik van dit schrijven.Ik proef eenvoud,liefde,rust,overgave.Geen tijdsdruk,prikkels van TV,mobiels of computers kortom bijzonder.
    Groeten
    Constance uit Haastrecht

    1. Mee op de wind

      Dag Constance,
      Dankjewel voor deze reactie! Het is inderdaad zo dat ik mijn leven rustig wil houden in deze hectische tijd!
      In de stilte is alles te vinden is mijn ervaring! Ik vind het bijzonder dat je dat voelt en begrijpt uit mijn verhaal.
      Fijn dat je dat met mij deelt. Dank!
      Groet,
      Maaike

Laat een reactie achter