De soep smaakt elke week weer anders

Het begin Vandaag schrijf ik mijn honderdste verhaal. Ik weet het, ik weet het, naast het grote wereldgebeuren betekent het niets. Maar voor mij persoonlijk betekent het veel, is het een mijlpaal. Toen ik in februari 2013 begon wist ik niet hoe het zou gaan. Mijn grootste zorg was of er bezoekers zouden komen. Want hoe zullen mensen mij ooit vinden, een nieuw blog is als een speld in een hooiberg. Er zijn meer mensen die willen schrijven, ontzettend veel mensen. Tussen dat leger van bloggers moest ik mijn plaatsje…

8 Reacties

“Ik ben zo terug”

Het brugje Vreemd eigenlijk dat het brugje bijna altijd aanwezig is als ik aan vroeger denk. Vreemd, dat het brugje bij ons huis, dat ons erf verbond met de weg, zo’n grote rol speelt. Ik zie er dan ook altijd Tippie ons hondje op zitten. Altijd maar op de uitkijk, geduldig wachtend of wij al uit school komen. Ik vind het, eerlijk gezegd ook een griezelig brugje, want het heeft geen leuning. En ook helemaal geen afbakening. Als je niet goed oplet, of verkeerd stuurt kun je er zomaar vanaf…

6 Reacties

Weet u wel wie ik ben?

Kleinzoon Arend van drie is uitgelaten blij. Hij volgt op de voet hoe ver Opa is. Het gaat hem veel te traag. “Wanneer gaan we Opa”? “Ja, ja we gaan zo, even geduld. Ik ben bijna zo ver.” Opa Gijs laat zich niet van de wijs brengen en gaat verder volgens plan. Arend is helemaal opgelucht als Opa zijn jas aantrekt. Op pad Hij  gaat vandaag, met opa Gijs naar Dierentuin Blijdorp. Ik breng ze even naar de trein. Bij het station is het haasten want de trein komt er…

4 Reacties

Nee, het was heus niet alleen maar pret

Nu het zonnetje vandaag vrolijk schijnt, denk ik  plots aan de winters van vroeger. Ook dit jaar liet de winter ons toch eigenlijk weer min of meer in de steek. Ik stond er tot nu toe niet zo bij stil. Maar van de week dacht ik opeens: zullen de kleine kinderen van nu, nog ooit op de schaats staan? Zullen ze het nog meemaken dat ze schaatsen op natuurijs? Krabbelend op hun schaatsjes, achter een stoel oefenen om het schaatsen onder de knie te krijgen? En die Elfstedentoch komt die…

2 Reacties

Ontmoeting in “De Tempel”

Men komt elkaar  "toevallig" tegen Het woord “daten” bestaat nog niet. Misschien een enkeling die het waagt een contact advertentie te plaatsen in een dagblad. Maar daar blijft het dan toch echt bij. Er zijn andere wegen om elkaar te vinden. Al wordt dat niet zo hardop gezegd. Nee, er wordt veel romantischer over gesproken. Men komt elkaar “toevallig” tegen. Daar zitten we, in een boemeltreintje op weg naar Rotterdam- Overschie. Samen met een vriendin. Het is, als ik goed tel, ruim 54 jaar geleden. Meer dan een halve eeuw!                  …

8 Reacties

Je weg erin vinden is geen sinecure!

De zitplaatsen in de metro naar Amsterdam zijn voor de helft bezet. We hebben vandaag genoeg ruimte om gezellig naast elkaar te zitten. Opeens staat er een man voor ons. Hij houdt een beduimeld vel papier voor onze neus. Hij spreekt geen Nederlands, maar tikt op het papier, en wijst met zijn vinger naar een foto. We zien een  ventje van een jaar of tien dat ziek lijkt.  De man kijkt ons treurig aan. Hij ziet er niet echt als een zwerver uit. Ik weet niet wat ik ervan moet denken. En Gijs blijkbaar ook niet. Uiteindelijk doen wij niets. En dat niets doen houdt mij bezig. Is mijn achterdocht wel terecht? Word ik wel echt voor de gek gehouden, zoals ik denk? Het is waar, het zou niet de eerste keer zijn dat ik in het ootje word genomen. Maar als het nu eens echt waar is. Als thuis een kind op eten zit te wachten? Ben ik tekort geschoten? Ik weet niets van de man!

(meer…)

4 Reacties

Hongerig en koud!

Het is de winter van 1944 –1945. Ik ben 5 jaar. Het is heel koud buiten. Moeder schilt de aardappelen voor het middageten. Ik kijk naar haar handen. Iedere keer pakt zij een nieuwe aardappel en rolt die vliegensvlug door haar handen. De schil blijft in een krul hangen aan de aardappel. Ik vind het leuk als de schil heel lang wordt.  Even later plompt de aardappel zachtjes in het water. Maar niet altijd. Soms landt een aardappel wat harder in het water dan bedoeld. De spetters vliegen dan hoog…

6 Reacties

Ik sta altijd hier!

Kinderen geven je vaak te denken. Ze kunnen zo filosofisch zijn, en zulke wijze dingen zeggen dat je helemaal verbaasd bent. Tenminste, zo vergaat het mij. Vooral als je eenmaal opa en oma bent en alle tijd hebt om te luisteren, hoor je soms de meest wonderlijke uitspraken. Toen wij nog ver bij de kinderen vandaan woonden kwamen ze lange weekeinden logeren. Eerst alleen Laura later kwamen ze samen: laura en Arend. Het hele weekeind was voor hen. En voor ons was het feest. We wandelden, speelden, zaten in de speeltuin met ze. Lazen voor en zongen. Kortom, we deden alles wat opa’s en oma’s zoal met hun kleinkinderen doen. Op een dag,  als ik mijn zorgkarweitjes in huis aan het doen ben, loopt opa met Laura’tje door de tuin. Het nu volgende verhaal wordt dan geboren.

De tuin
Opa, en Laura van drie jaar, lopen samen door de tuin. Dat is niet zo gemakkelijk als je misschien denkt. Althans, niet voor laura! Het is een hele crime voor haar, die tuinwandeling. Ze loopt voor opa uit, met kleine stapjes. Ze let goed op waar ze loopt en kijkt steeds naar de grond. Ze draait zich om en zegt: “ik let goed op Opa, want anders trap ik op beestjes en dan trap ik  ze dood. Ze loopt naar een struik: “Kijk daar eens, een Lieve Heersbeestje Opa”.

(meer…)

10 Reacties

Plassen in de goot?

Wie het voorstel het eerst lanceerde weet ik niet meer. Maar het blijft daarna wel in de lucht hangen. In dit geval, in ons huis. We zijn ons aan het beraden. Gaan we het doen? Gaan we een hond(je) nemen? Hoe meer wij er over praten hoe leuker het ons gaat lijken. En op een goede dag valt het “kloeke” besluit: we doen het! We gaan een poedeltje nemen. Een kleine poedel. Die is niet te groot in huis en ze zijn heel leuk, vinden wij.

Alles zit ons mee. Vlakbij, in een naburig dorp is een nest poedeltjes geboren. De fokster vertelt dat ze nog jong zijn, maar we mogen langs komen om ze te zien. En wij blij!

De volgende dag is het zaterdag. Gijs is ook thuis, dus gaan we met zijn allen op stap. Naar de poedeltjes. Als we binnenstappen zijn we meteen verkocht. Daar staan ze: drie poedeltjes in een box. Ze zijn aan het dollen en spelen dat het een lust is. Mijn oog valt op een donkerbruin poedeltje. Hij is zo leuk! En vlug als water. En niet alleen ik, maar de anderen vinden hem ook schattig!
Als de fokster ziet dat wij het donkerbruine poedeltje heel leuk vinden zegt ze:“neem die maar niet, die is niet gemakkelijk. Die raad ik je echt af”  Het poedeltje lijkt het te horen, en kijkt met zijn bruine oogjes ons aan. Wat gaan we nu doen?

(meer…)

12 Reacties

Over oude zinnen die verloren gaan!

Soms, zomaar tussen het praten door, gooi ik graag een spreekwoord of gezegde in een gesprek. Dat ben ik van huis uit gewend! Nu is dat helemaal niet zo uniek, want in vroeger jaren gebruikte iedereen spreekwoorden om iets duidelijk te maken. Spreekwoorden waren gewoon in zwang toen! De jeugd lijkt soms verbaasd als ik weer een spreekwoord laat vallen. Ze kijken mij wat glazig aan als ik er een lanceer. De meeste jonge mensen die ik spreek hebben hoger onderwijs gevolgd en op goede scholen gezeten. Hoe kan dit?…

11 Reacties