Mijn potje, mijn potje!

Na verschillende woonadressen ben ik weer terug op de oude vertrouwde dijk waar mijn  leven begon. Ik  woon nu  tegenover  mijn  geboortehuis. Maar nu met Gijs,  en  Judith.  zie  ook:     https://meeopdewind.nl/ik-zei-het-toch/

Judith blijkt een echt buitenkind te zijn. Zij wilde altijd al als het even kon, buiten wandelen. Zij geniet van alles wat zij ziet. Vooral van de dieren en de bloemen. Zodra wij dan ook zijn verhuisd van een flat naar dit buitenhuisje, ontdekt Judith het buitenspelen. Want stel je voor, ze heeft hier een echte zandbak waarin ze kan spelen. Waar ze zand door haar vingers kan laten glijden en heerlijke taartjes bakken! Het is één groot feest voor Judith.
Vorige week zijn we ‘s avonds op bezoek geweest bij de ouders van Gijs. Samen met Judith. Op zich is dat al heel buitenissig. Want anders ligt zij heerlijk in haar bedje te slapen.
Als wij die avond thuis komen, is het laat en donker. Maar dat maakt Judith niets uit. Ze heeft nog helemaal geen slaap want eenmaal thuis rent zij in het donker naar de zandbak. Ze pakt de vormpjes waarmee ze speelde bij het weggaan en gaat verder met taartjes bakken.

Wij kunnen het niet over ons hart verkrijgen haar vreugde te verstoren. En daar zit zij! Alleen in de zandbak. In het donker, met de maan als bijverlichting. Helemaal in haar nopjes dat zij weer taartjes kan bakken.
We laten haar daar een poosje heerlijk genieten. Koud zal zij het niet krijgen in haar dikke pak. En laat is het toch al. De achterdeur blijft open en af en toe kijken wij om het hoekje. Zij werkt nog steeds vol aandacht en overgave aan haar koekjes.

Arme Judith. Aan ieder feest komt een eind. Ook aan dit.
Onder hevig protest halen wij haar naar binnen. Maar we zijn er al mee vertrouwd dat Judith een willetje heeft. En dat mag zij hebben, evenals wij.
Gijs legt Judith op bed. Hij haalt eerst nog even haar potje.
Judith is gehecht aan het potje waarop zij zindelijk is geworden. Het is haar eigen potje geworden. Tot nu toe wil zij alleen daar maar op plassen. Als wij voor langere tijd weggaan, gaat haar potje mee. Het zal vanzelf wel een keer stoppen. Ik heb nog nooit een volwassene een eigen potje mee zien nemen.

Er wonen niet veel kinderen aan de dijk. Dat is voor Judith wel jammer, want ze speelt heel graag met andere kinderen. Eén dag naar een crash gaan zou voor haar fijn zijn geweest. Maar die waren er toen nog niet! Gelukkig woont mijn zus aan de overkant. Zij heeft zeven kinderen. En Judith, als jonger nichtje, is daar een graag geziene gast.

Judith kachelt in huis achter mij aan.
Zij wil mij overal bij helpen. Op zich is dat leuk. Maar ook wel lastig soms. Want Judith heeft zo haar eigen inzichten over de dingen en die steekt zij niet onder stoelen of banken
Als keurige huisvrouw volg ik mijn werkschema. Vandaag zijn de binnenramen aan de beurt. Alle attributen die ervoor nodig zijn, staan al binnen handbereik. Onder toeziend oog van Judith worden de ramen onder handen genomen. Ze worden om door een ringetje te halen.
Ik ga op een afstandje staan en kijk naar het resultaat. Ze blinken mij toe. Ziezo, dat heb ik toch maar weer keurig voor elkaar gebracht! En nu eerst een kopje koffie. Daar moet ik voor naar de keuken. De emmer met water laat ik op de grond staan. Wat niet bijster handig is.
Judith ziet natuurlijk haar kans schoon. Zij kan ook ramen zemen! Ze pakt de spons uit het water en loopt naar het raam met een druipende spons. Zij gaat mij helpen.

Als ik aan kom lopen, kijkt Judith mij blij en triomfantelijk aan. “Dat kan ik ook, en vind je mij niet groot?” Daar gaat mijn werk! Ik kan opnieuw beginnen.
“Het raam is al klaar, Judith,” zeg ik. “Geef mij de spons maar, dan gaan we het raam droogmaken”. Maar dat is geheel en al tegen het plan van Judith! En daar komt dan ook niets van in! Ze geeft die spons niet uit handen. Zij is dat raam aan het schoonmaken.
Wat ik ook ter berde breng en aanvoer als uitleg, Judith houdt voet bij stuk. Ze kijkt mij met haar bruine ogen onheilspellend aan, en roept: “Ik ben boos! Ik ben boos, Mama!” Met één voetje stampt zij op de grond.
Opeens loopt zij naar de keuken terwijl ze nog een keer roept: ”ik ben boos!” En ze houdt het niet bij woorden alleen. Ze opent de keukendeur en loopt met driftige stapjes kordaat door de bijkeuken naar buiten.
Ik zie haar door het zijraam langs het huis lopen. Met haar neusje in de wind! Een klein zelfbewust rakkertje. Ze wilde helpen! En dat mocht niet eens? Mama moet maar eens opletten wat er nu gaat gebeuren… De maat is echt vol!

Hoe gaat dit aflopen? Ik ben benieuwd. Loopt zij echt weg? Ik wacht af en kijk door het zijraam. Wat gaat er gebeuren? Loopt Judith echt weg?

Als Judith aan de zijkant van het huis is moet zij kiezen. Welke kant zal ze op gaan? Wat moet ze nu? Hoe gaat zij dit debacle oplossen? En hoe en wanneer moet zij nu terug?
Natuurlijk! Ze weet het al! Ze draait zich om, rent terug en roept over het erf: “M’n potje, m’n potje!” De deur staat nog wagenwijd open. Ik loop naar de deur. Judith komt aangerend zo vlug haar beentjes haar vooruit kunnen brengen.
“Kom maar binnen Judith! Je potje blijft hier wonen en blijf jij ook maar bij ons wonen”.

Al is Judith blij dat het zo mooi wordt opgelost, ze is ook nog steeds ontstemd. Want ze wilde echt helpen en de ramen zemen! Waarom mag dat niet? Ze loopt achter mij aan naar de huiskamer. Daar staat nog steeds de emmer met water en alle zeemattributen. Ik draag ze mee naar de keuken. Daar staat ook nog steeds mijn koffie te wachten. Judith loopt achter mij aan naar de keuken.
“Lust jij een kopje chocolademelk, Judith?”
Misschien klaart dit de lucht op? Maar nee. Judith is boos en verdrietig tegelijk!
“Weet je wat?” zeg ik tegen Judith. “Misschien wil jij de poes eerst even voor mij voeren?”
En dat is in de roos. Judith is dol op poes Mickey. Ze speelt en kroelt ermee.
Judith rammelt met de kattenbrokjes, precies zoals ik ook altijd doe. Mickey komt al op het vertrouwde geluid af. Ze gaat op haar hurken bij de poes zitten. Aait en praat met Mickey. Ze is helemaal verrukt dat de poes de brokjes die zij geeft, zo lekker vindt!

We lopen samen terug naar de huiskamer.
“Blijf je toch maar bij ons wonen, samen met Mickey?” vraag ik. Dan kun je later voor mij de ramen zemen”!
Judith knikt tevreden. Haar teleurstelling en boosheid ebben langzaam weg. Ze drinkt met langzame teugjes van haar warme chocolademelk.
Even later zitten we saamhorig te smullen van ons biscuitje!

 

Dit bericht heeft 2 reacties

  1. Frans

    Leuk verhaal, goed beschreven.
    Wat een ellende die misverstanden in de wereld. Wil je helpen is het nog niet goed.
    Gijs

    1. Mee op de wind

      Ja, je hebt gelijk Gijs: de wereld is hard! Maar misverstanden kunnen ook worden opgelost!
      Judith mocht toch helpen! Zij gaat Mickey verzorgen en dat is nieuw voor haar!
      Hartelijk dank voor je reactie! Groetjes Maaike

Laat een reactie achter