Uurtjes van korte duurtjes

Het is rond negentienhonderd en vijftig. Ik ben 12 jaar oud. 

Moeder loopt druk heen en weer door het huis. In de voorkamer staan de stoelen in een grote kring te wachten. Niet om de tafel, dan zou de kring te klein zijn, maar in een heel wijde kring in de rondte van de kamer. De grote eettafel staat nog wel gewoon in het midden zoals altijd. Het rode pluchen tafelkleed ligt er ook nog op voor de koffiekopjes voor straks.

Greetje, mijn oudere zus is in de keuken alles aan het klaarzetten voor als de mensen er zijn. Mijn twee oudste zussen, zijn getrouwd. Clazien woont ver weg, in Zeeland. Maar Corrie woont niet zo ver weg, die zal vast wel op de fiets hierheen komen. Greetje en ik zijn nog de enige meisjes tussen de broers.

Moeder komt gehaast, met een verhit gezicht de keuken binnen. “Staat alles klaar Greetje?” vraagt ze, terwijl haar ogen snel de keuken inspecteren.

Er wordt vandaag bij ons ‘gezelschap’ gehouden.

In mijn jeugd werd bij ons thuis vaak gezelschap gehouden. Een gezelschap – of conventikel – was een oecumenische godsdienstige bijeenkomst van bevindelijk gereformeerden. De bevindelijken kwamen in huiskamers bijeen om met elkaar over hun geestelijk leven te spreken. Gezelschappen kwamen in het hele land voor. Mensen hadden er lange reizen voor over om elkaar te ontmoeten en over Gods woord te praten.

Vandaag komen er mensen uit alle windstreken van het land: de Hoekse Waard, Tiengemeten, Flakkee, Zeeland, Rotterdam, Schiedam, Noord-Holland. Een paar weken geleden is moeder al begonnen met de uitnodigingen. Sommige mensen werden gebeld, maar lang niet iedereen heeft telefoon. Maar moeder heeft ook nog brieven verstuurd. Ik denk dat het vast weer heel druk gaat worden, net zoals de vorige keren. De mensen geven het aan elkaar door.

Langzaam rijdt een grote zwarte auto het erf op. Hij glimt aan alle kanten, er zit geen vlekje op. Er stappen drie mensen uit. Ik ken ze, want ze komen altijd. Ze wonen niet ver weg, in Oud-Beijerland. Ik ben wel eens bij hen geweest toen ik met moeder meeging op bezoek. De man en de vrouw zien er deftig uit. Ze hebben alle drie een hoed op. Hun kleren zijn zwart, net als van mijn moeder en van alle andere mensen die bij ons komen. Hun dienstmeisje is er ook bij. Ze heet Hilletje. Omdat zij bij ‘Gods volk’ hoort is ze er ook bij. Moeder wacht hen in de deuropening op. De vrouwen geven elkaar een kus. Ze zijn heel blij elkaar weer te zien. “Kom gauw binnen, de koffie staat klaar”, zegt moeder. “Jullie zijn de eersten!” “Die zullen de laatsten zijn”, zegt de man, terwijl hij achter moeder de voorkamer binnen loopt.

“We zitten vandaag in de voorkamer, die is wat ruimer”, zegt moeder. Ze lopen door naar een stoel, er is nog genoeg keus. De voorkamer is groot en hoog. Er zijn twee ramen aan de voorkant waar het licht door naar binnen valt. Maar veel licht komt er niet binnen. De rood pluchen eetstoelen staan nu, in plaats van rond de tafel, tussen de andere stoelen.

“Ik denk dat er veel mensen komen”, zegt moeder, “want die en gene heeft al toegezegd dat ze wilden komen.”

Nu de eerste bezoekers er zijn, volgen er snel meer. Ik loop mee naar de voorkamer, ik wil er een poosje bij zijn. De meeste Barendrechters komen op de fiets. Het zijn bekenden van mijn moeder. Ze komen regelmatig bij ons op bezoek. Voor hen is deze gezelschapsdag ook belegd. Het wordt echt heel druk. Er komen nog steeds mensen binnen. Ze komen van heinde en ver, verlangend naar het woord van God. Ze hopen dat zij deze middag getroost en bemoedigd zullen worden door het woord van God, en elkaar.

“Vraag maar even aan Greetje of zij met de koffie komt”, zegt moeder tegen mij. “Zo, daar zullen jullie wel aan toe zijn na de lange reis”, zegt moeder als de koffie op tafel staat. Ze kijkt de kring rond.

Ik zit weer op mijn plaats op het lage bankje. De mensen hebben het met elkaar over koetjes en kalfjes. Alle stoelen zijn nu bezet. Na de koffie lijkt iedereen uitgepraat en wordt het stiller. Een mooie gelegenheid om te beginnen met het gesprek. Maar er wordt eerst nog een psalm uitgekozen om te zingen. Het wordt Psalm 25 vers 7: Gods verborgen omgang vinden. Zielen waar Zijn vrees in woont. Ik kijk naar Hilletje en ja hoor, zoals altijd tovert zij een gehaakt mutsje uit haar tasje en zet het op haar hoofd. Zij vindt dit blijkbaar een kerkdienst, en in een kerkdienst horen vrouwen een hoed te dragen.  

“En hoe gaat het met u sinds wij de vorige keer hier waren?” vraagt een man aan mijn moeder. De mensen kijken naar haar. Iedereen weet wat er vorig jaar is gebeurd. Kort nadat er vorig jaar bij ons ook gezelschap was gehouden, verongelukte mijn oudste broer, Johan. Hij kwam om bij een oefenvlucht met een straaljager. Mijn moeder was verbijsterd, geschokt, en wanhopig verdrietig. Bijna iedereen die hier zit was op de begrafenis.  

“Het gemis is groot”, zegt moeder, “maar ik mag geloven dat Johan boven is en God eeuwig loven zal. Ik mag veel de goedheid Gods ervaren. Zijn liefdevolle nabijheid smaken als Hij tot mij overkomt en spreekt tot mijn ziel. Dan ben ik het eens met Zijn wil en weg. Dan mag ik het de psalmist nazeggen: ’t Is goed voor mij verdrukt te zijn geweest. Want het bracht mij dichter bij Hem. Dan mag ik rusten aan Zijn Vaderhart.”

Het is heel stil in de kamer, iedereen wacht of moeder nog meer te zeggen heeft. Maar voor nu is het genoeg en stopt zij.

Ik kijk vanaf mijn lage krukje de kring rond. Ik zie dat Hilletje als enige vrouw een gehaakt mutsje draagt. Eigenlijk heel moedig en knap dat zij in haar eentje haar eigen gang gaat en alleen met haar mutsje op zit. Ze praat nooit, luistert alleen maar.

O kijk, en daar zit Grietje uit Tiengemeten ook. Ik heb niet eens gezien dat zij er was. Grietje logeert vaak weken bij haar familie aan de Gebroken Meeldijk. Dan komt zij mijn moeder helpen met de voorjaars­schoonmaak. Het is gezellig als Grietje bij ons komt werken. Maar wat er dan met mij gebeurt, begrijp ik niet, want als ik haar zie word ik altijd een beetje treurig. Ze praat wel met mij, en gaat soms lachen als ik iets zeg, daar word ik dan blij van.

“Jij moet advocaat worden”, zegt zij soms, en dan ga ik lachen. Moeder en ik zijn ook wel eens bij haar thuis op Tiengemeten geweest. Zij woont daar met haar familie op een grote boerderij.

“Grietje is een bekommerde ziel”, zegt moeder. Wat een bekommerde ziel is, weet ik niet precies. Ik denk dat Grietje niet weet of zij wel bekeerd is, en zorgen heeft of zij wel bij Gods volk hoort. Misschien is zij wel bang dat haar zonden niet zijn vergeven. Soms vind ik het wel moeilijk om alles te begrijpen wat er gezegd wordt. Er staan dikke rijen boeken in onze boekenkast waarin precies geschreven staat wat er met je gebeurt als je wordt bekeerd.

Opeens vraagt moeder aan Grietje: “Hoe is het met jou Grietje? Heeft God zich nog geopenbaard aan je ziel?” Grietje schrikt en weet even niets te zeggen. Dan zegt zij, en haar stem klinkt zacht: “Soms mag ik heel even Gods aanwezigheid in mijn ziel smaken. Mijn hart springt dan in mij op van vreugd. Als ik dan de bijbel ga halen om Gods woord te lezen ben ik het al weer kwijt, en is het weg.” Zij zucht heel diep en zegt: “Ach, het zijn maar uurtjes van korte duurtjes, hè.” Ze kijkt mijn moeder droevig aan.

“Zoek maar veel Zijn aangezicht. Bestorm maar gedurig de troon der genade, Grietje. Blijf de Heere aanlopen als een waterstroom. Hij laat geen bidder staan”, zegt moeder.

Ik kijk naar Grietje. Ze ziet er heel droevig uit, haar ogen staan vol tranen. Misschien helpen de woorden van moeder en wordt Grietje minder verdrietig. Ik hoop het maar. Ik hoop zó dat zij opnieuw blij wordt!

Moeder vraagt: “ Heb je nog een psalmversje dat je op wil geven om te zingen, Grietje?”                                                            “Ja, Psalm 25 vers 8: Zie op mij in gunst van boven”, zegt Grietje.

Zie op mij in gunst van boven                                                 Wees mij toch genadig Heer                                                Eenzaam ben ik en verschoven                                                     Ja d’ellende drukt mij neer.                                                         ‘k Roep u aan in angst en smart                                            Duizend zorgen, duizend doden.                                          Kwellen mijn angstvallig hart.                                                  Voer mij uit mijn angst en noden.

Ja, zegt moeder dat hebben wij allemaal nodig. Dan zet moeder in en iedereen zingt mee. De psalm en de wijs zijn bij alle aanwezigen bekend. Er wordt zonder orgel gezongen, op hele noten. Het klinkt plechtig en ontroerend. Ik herken verschillende stemmen. Grietje zingt ook mee. En ik geloof dat ze ook iets minder verdrietig kijkt.

 

             

             

             

 

 

Dit bericht heeft 27 reacties

  1. Anoniem

    Goed sfeerbeeld, zeg. Het doet mij heel erg denken aan “Knielen op een bed violen”. Je zou eigenlijk de schrijver daarvan eens een verhaaltje van jou moeten laten lezen. ‘ tZal hem vast ook aanspreken.
    Ook hij heeft afstand genomen van het te starre geloof in die kringen.

    Best interessant om je d.m.v. verhalen een beeld te vormen van hoe het destijds was. En als het je troost en moed gaf/geeft…. prima.

    Bedankt weer, Maaike. Elly

    1. Mee op de wind

      Dag anoniem,
      Met mijn verhalen beoog ik een beeld neer te zetten van de sfeer van mijn jeugd. En ik begrijp dat dit inderdaad is gelukt. Je jeugdjaren zullen altijd een rol blijven spelen in je leven. En al is het dat er dingen zijn waarvan ik afstand heb genomen, is het mijn bedoeling de warmte en de bijzondere sfeer van de gezelschappen weer te geven. Ik heb er als kind vaak bij gezeten en het sprak mij aan zodat ik ook andere keren erbij wilde zijn. Het leven heeft veel facetten en het is goed om het vele naast elkaar te laten staan, dat vormt ons en maakt ons rijk. Heel hartelijk dank anoniem, voor je reactie. Groetjes, Maaike

  2. Nelleke

    Een vraag: hoe openbaarde God zich in het algemeen en waarom was dat bij Grietje niet gebeurd? Wat waren de verschillen tussen geopenbaarden en niet geopenbaarden? Wist zij dat?
    Verder weer een mooi stuk.

    1. Mee op de wind

      Dag Nelleke, je stelt interessante vragen. Het zijn vragen over de geloofsleer die leven in de kring waarover ik schrijf.
      God openbaart zich door Zijn woord (de Bijbel). Alle mensen kunnen, als zij het willen, de bijbel lezen. Maar er is meer: er zijn mensen die het woord van God niet alleen horen, maar ook verstaan. Het is voor hen alsof God hen in het bijzonder aanspreekt. Zij gaan God missen en naar Hem verlangen, naar Hem zoeken. Zij gaan zien dat hun zonden hen van God verwijderd houdt. Er volgt een lange weg van bekering. van berouw en verlangen naar God. Grietje wilde niets liever dan bij het volk van God horen, zij was een zoekende ziel. Zij had nog geen geloofszekerheid en twijfelde of het allemaal waar en echt was dat zij voelde. In de “gezelschappen” heerste een open, warme sfeer. Men gaf elkaar raad, en zij die verder op de weg van het geloof waren, bemoedigde hen die twijfelden en van ver bleven staan. De gezelschappen zoals die van toen zijn in onbruik geraakt. Je stelt mooie, maar moeilijke vragen. En je verlangen er meer van te begrijpen vind ik mooi en bijzonder. Er is veel meer over te vertellen, dit is slechts een heel summiere uitleg. Hartelijk dank Nelleke en groetjes van Maaike

  3. Wilma

    Weet dat bij mijn oma ook gezelschappen waren. Toch gebeurd het nog sporadisch denk ik. Mis je dit niet, dit kerkelijk leven? Wij gaan ook naar de kerk,GG en horen ook nog de verkondiging van Gods Woord. En ik vor ons kan het nog, want als je alles hoort en ziet, kan het einde niet ver weg zijn. Zijn Woord houdt stand wat er ook tegen op komt. De ds zei gister nog, we hadden dankdag hiér, dat er nog tijden kunnen komen d at we weer in het geheim moeten gaan samen komen.
    Hop dat ieder die dit leest er over na mag denken.
    Groet uit een besneeuwd Alberta!
    Wilma

    1. Mee op de wind

      Zijn er in Alberta nog gezelschappen Wilma? Want de mensen die van hier naar Canada emigreerden, daar zijn er vast wel die het vanuit Nederland nog hebben meegemaakt en meegenomen hebben. Ik vind het fijn dat je weer reageert Wilma. Zo blijf je ook betrokken op Nederland. En hoe de toekomst zal zijn weten we niet. Laten we hopen dat we onze vrijheid mogen behouden. Met groet en dank voor je bijdrage sluit ik af. Maaike

  4. Pieta

    Dag Maaike,
    Vanmorgen kwam deze mail binnen terwijl ik een andere mail aan het lezen was. Wat een ‘mooi’ stukje schrijf je over het gezelschapsleven van toen. Moeilijk om er op te reageren, het wordt door velen gelezen en dat hield me tegen om er mijn mening over te schrijven. Eén ding hoop ik: Dat er veel, die dit lezen, met mij jaloers mogen worden op die ‘bekommerde Grietje’! Bedankt dat je dit door wilde geven, inderdaad zijn zulke gezelschappen, waar mensen uit verschillende delen van het land bijeenkomen, verleden tijd. Maar gelukkig dat er EEN is Die dezelfde blijft, ondanks alles wat er nu gebeurd. Hartelijke groet, Pieta.

    1. Mee op de wind

      Dag Pieta, Fijn dat het stukje je aanspreekt en ook dat je het mij laat weten. Zo blijft het fijn om door te gaan met schrijven. Ik geloof niet dat er nu nog veel gezelschappen zijn. Ik weet het zelf nog goed want ik heb het van nabij meegemaakt.
      Ik vertel over en uit mijn jeugd om niet te vergeten. Het zijn monumentjes in de tijd! Hartelijk dank Pieta voor je reactie! Ik sluit af met een hartelijke groet van Maaike

      1. wilma

        idd Pieta, soms moeilijk te schrijven. Soms kun je ongemerkt iemand pijn doen met wat je schrijft.
        Maar het zou groot zijn als het ook mocht zijn: Zie op mij in gunst van boven. Metzicht uitzicht op de Bergen, is Ps. 121 vaak in mijn gedachten.
        groet, Wilma

  5. Nellie Bal

    Dag Maaike ,dat was echt een verhaal wat jij van nabij hebt meegemaakt ,en indruk op je gemaakt heb, anders kon je het nooit zo goed weergeven.zulke gezelschappen hoor je tegenwoordig niet meer van ,ik geloof wel dat er zijn die erkaar opzoeken ,maar niet landelijk in zo ,n groot aantal daar hoor ik tenminste niet van ,toch jammer dat het niet meer gevonden wordt ,want wat de Godsdienst betreft wordt het steeds minder ,groet voor jullie samen van Nelly B

    1. Mee op de wind

      Dag Nellie. Ja er waren nog al eens gezelschappen bij ons thuis Nellie.Grote samenkomsten. En ik vraag mij af waar het eigenlijk door komt dat zij verdwenen. Maar tijden veranderen en wisselen elkaar af. Gezelschappen horen nu tot de geschiedenis en daarom vond ik het ook mooi erover te schrijven zodat ze blijven voortleven. Misschien zijn er nu andere vormen waarin mensen elkaar opzoeken en vinden. In kleiner verband zoals je zelf al oppert. Ik vind het heel boeiend al deze reacties, om te horen hoe er over wordt gedacht en hoe het wordt beleefd. Daarom ook hartelijk dank voor jou Nellie. Met een groet van Maaike

  6. Clazien

    Dag Maaike,
    Wat een mooi “verslag” heb je gegeven van het gezelschapsleven in de jaren ’50.
    Ik begrijp uit de reacties dat de meeste mensen denken dat het tegenwoordig niet meer voor komt.
    Niets is minder waar , gelukkig !
    Hier bij ons in de buurt ( Veluwe ) is er nog regelmatig gezelschap in verschillende plaatsen, en bij ondervinding mag ik weten dat het vaak bijzonder fijne avonden zijn , waar we dikwijls gesterkt vandaan mogen komen.
    Vooral in deze tijd waarin alles zo “achteruit ” gaat naar ons idee, hebben we elkaar zo nodig , maar bovenal mogen we weten dat het de Heere niet uit de hand loopt !
    Hij zal nooit laten varen het werk wat Zijn hand begon !

    Hartelijke groeten en Gods zegen toegewenst !
    Clazien.

    1. Mee op de wind

      Dag Clazien,
      Zoals je schrijft komt het op de Veluwe nog regelmatig voor. Waarschijnlijk zijn deze gezelschappen op wat kleinere schaal waar Nellie het in de vorige reactie al over had? Maar ach het doet er ook niet toe. Mensen vinden elkaar om hun ervaringen en gevoelens met elkaar te delen. Om van elkaar te leren, te overdenken en elkaar te bemoedigen, dat is het belangrijkste. Mooi hoe je het beschrijft, ziet en voelt. Hartelijk dank voor je bijdrage aan het gesprek door deze reactie Clazien. Met een hartelijke groet van Maaike

  7. Loes

    Heel mooi en herkenbaar geschreven . Mijn schoonmoeder is geboren in H. I. Ambacht en naderhand zijn ze in Schiedam gaan wonen. Zij vertelde dikwijls over deze samenkomsten . Zelf hebben wij ,zij het op kleinere schaal, ook nog wel meeemaakt dat de mensen bijelkaar kwamen om te vertellen wat God aan hun ziel had willen bekendmaken. Vooral ook na het vieren van het Heilig Avondmaal. Fijn om dit lezen!

    1. Mee op de wind

      Dag Loes, uit de reacties blijkt dat veel mensen het nog kennen van vroeger. Vooral voor ouderen uit de bevindelijke kringen is het heel herkenbaar. En veel mensen vinden het fijn om er over te lezen, zij hebben er goede herinneringen aan. En ik lees dat ook weer in deze reactie. Ik vind het fijn om te lezen dat mijn beschrijving over het “gezelschapsleven” zoveel mensen aanspreekt. Dank voor het reageren en een groet vn mij. Maaike

  8. Sarah

    Ook in Zeeland komt het nog voor hoor. En mensen die er naar toe gaan genieten meestal ook binnen het kerkelijk leven veel respect. Het zijn bijeenkomsten die over kerkmuren heen gaan.

    1. Mee op de wind

      Dag Sarah, Als ik het begrijp is het toch nog veel wijder aan de orde dan het lijkt. En al de reacties erover geven een goed inzicht. Ook vroeger was het een breed gebeuren dat over kerkmuren heenging. Juist daarom misschien wel zo geliefd en druk bezocht. Hartelijk dank Sarah voor reactie uit Zeeland

  9. Gerlien

    Hallo Maaike,
    Vanuit een zonovergoten Spanje, toch even een reactie. Hoewel het voor mij een moeilijke theorie is, heb ik het met heel veel interesse gelezen. Het mooiste blijft voor mij het tijdbeeld dat je neerzet: echt perfect. Hoewel ik dit zelf niet ken, vind ik heel belangrijk: iedereen in z’n waarde laten! Fijn dat je ook voor mij een tipje van de sluier “uit vroeger tijd” hebt opgelicht.
    Lieve groetjes van Gerlien

    1. Mee op de wind

      Dag Gerlien,
      Ik begrijp dat mijn laatste verhaal voor lezers van mijn blog minder bekende kost kan zijn. Ik ben daarom blij met wat je schrijft. Want ook al is het thema minder bekend voor je ik begrijp dat het je toch aanspreekt. Ik schrijf mijn verhalen over wat er in ons gezin in vroeger jaren plaats vond en daar hoorde dit verhaal zeker bij. Dit was een speerpunt in mijn moeders leven en in haar omgaan met ons. Een terugblik. Fijn om te horen dat door mijn verhaal een tipje van de sluier over vroeger wordt opgelicht. En mooi dat je een ieder in zijn/haar waarde laat zoals je schrijft.
      Dankjewel dat je reageert vanuit Spanje. Gerlien ik wens je samen met je man een verdere fijne tijd daar! Met lieve groetjes van Maaike

  10. Carol

    Ha Maaike,
    Het zal je vreemd in de oren klinken, maar wat jij schrijft, herken ik uit de vele boeken die ik gelezen heb. [o.a. Landverhuizers van P.J. Risseeuw].
    Ik denk, dat daaruit de huidige huiskringen zijn onstaan. Kleine groepen, die een bepaald hoofdstuk behandelen, in de huiskamer van een gemeentelid.
    En als antwoord op wat Nelleke schreef, zou ik zeggen: “Je voelt het.”
    Je weet hoe het bij mij vergaan is.
    Groetjes en ga ZO DOOR

    1. Mee op de wind

      Dag Carol, ja er is veel meer over te lezen dat is zeker. Ik begrijp wat je bedoelt met huiskringen die een bepaald hoofdstuk ergens van bespreken. In de gezelschappen ging het vooral over de bevinding en de voortgang die men maakten in het Geestelijk Leven. Er waren/zijn rangen en standen in het Geestelijke Leven, en men en onderwees elkaar wat nodig was voor verdere Geestelijke groei. In mijn verhaal stond wat mensen voelden en beleefden. Nelleke wilde vooral weten hoe de leer was/is.
      Fijn dat je in de pen klom om weer te reageren Carol en ik weet hoe het je is vergaan. Mijn hartelijke dank ervoor! en groetjes van Maaike.

  11. henny boom

    Beste Maaike,
    Bij mijn opa op de koedood kwamen ook wel mensen, maar het was niet een echt gezelschap zoals bij jouw moeder. Het waren thuislezers en aan de ene kant trok het me, anderzijds later helemaal niet.
    Ik mocht soms ook in de taxi mee op woensdagavond naar ds. Pauwe in Den Haag, vond dat wel interessant vanwege de autorit door Rotterdam .
    Ik vind jouw verhaal toch wel heel positief van toon; dat heb ik bij sommige kerk- en familieleden soms wel erg gemist. Groetjes Henny

    1. Mee op de wind

      Dag Hennie,
      Bij ons aan de Gebroken Meeldijk ging ook een gezin op woensdagavond naar ds Pauwe in den Haag. Later hoorde ik en begreep ik hoe het allemaal in elkaar stak. Ik weet ook nog dat je moeder daar heen ging. Die gezelschappen bij ons thuis heb ik inderdaad als mild ervaren, zoals ik ook schrijf in mijn verhaal. Het stond naast de kerkdiensten en ze waren persoonlijker en vriendelijk van toon. Ik vind het leuk dat je reageert mede doordat het allemaal zo bekend voor mij is waar je over schrijft.

  12. Dirk van Nieuwkoop

    Prachtig verhaal! Geeft heel treffend de sfeer aan. Ik heb gezelschappen ervaren tijdens mijn jonge jaren bij mijn opa en oma thuis. Het waren over het algemeen “thuislezers”. Wat me het meest is bijgebleven is dat deze mensen zo bescheiden waren. Zo vol eerbied spraken. Zich zo afhankelijk van God wisten. Uit principe geen verzekeringen afsloten. Maar ook humor hadden. Wie dit heeft meegemaakt vergeet dit nooit meer denk ik. Aan de andere kant was het geloof wel laveren op een heel smal latje. Wanneer was je nou echt bekeerd ….. Wat een contrast met sommige evangelische stromingen waar het vooral gaat om “IK heb voor Jezus gekozen”. Lijkt het tegenovergestelde van hetgeen uitging van de gezelschappen. Geloof is naar mijn mening een genadegift, dankzij God en ondanks de mens.

    Uiteindelijk is die levenswandel enz. bij mij verwaterd. Ik heb er niet bewust afstand van genomen. Maar ja, komt eigenlijk op het zelfde neer.

    Alles overziend respect voor de gezelschapsmensen. De wereld zou er heel wat beter uit zien als iedereen zo handelt.

    1. Mee op de wind

      Dag Dirk,
      Het is voor mij fijn om te horen van mensen die het ook nog van vroeger kennen dat de sfeer treffend is weergegeven. Ik vond het namelijk een moeilijk thema om duidelijk weer te geven hoe respectvol en invoelend de mensen met elkaar omgingen! Dankjewel voor je reactie hierover. En verder geef je een prachtige aanvulling op mijn verhaal hoe jij het ook zelf ervaren hebt en vertel je dat het ook jou is bijgebleven. Maar ook de andere kant die je beschrijft is waar: de twijfel en onzekerheid waar mensen mee worstelden.

      Ik begrijp uit de vele reacties dat er nog wel “gezelschappen” zijn in kleiner verband waar mensen elkaar vinden en sterken. Maar de “conventikels” zoals toen uit onze jeugdjaren?

      En verder, hoe mooi is het ook al veranderen de tijden, gewoonten en gebruiken: God blijft dezelfde! Een hartelijke groet van Maaike

  13. nelly zandee

    ik vind het zo mooi wat je schrijft over de gezelschappen.bij mijn tante waren ook gezelschappen mijn tante had dan in huis een zwart mutsje op .ze werd ook vereerd en dat is niet goed vind ik.GOD moet aan zijn eer komen.

    1. Mee op de wind

      Dag Nelly, grappig dat je al de verhalen aan het lezen bent. En over die gezelschappen valt nog veel meer te schrijven. Er werd ook veel op dit verhaal gereageerd en dat doe jij nu ook weer. Dat mutsje komt mij heel bekend voor. En zoals we er nu naar kijken hebben we onze vraagtekens, dat begrijp ik uit je reactie. Het is waar wat je schrijft. Het was een belangrijk gegeven in mijn jeugd en daarom hoorde het ook thuis in mijn boek. Met dank en groet, Maaike

Laat een reactie achter