Ik heb ontdekt dat het leuk is om vanuit meerdere invalshoeken te schrijven. Nieuwe uitdagingen houden mij actief en wakker. Een stukje schrijven dat iets weg heeft van een column vind ik bijvoorbeeld ook wel leuk. Of een observatie neerpennen, gadeslaan wat er om mij heen gebeurt en dat vertellen. Mogelijkheden genoeg om verder te gaan met het schrijven van mijn blogjes, lijkt mij. En zo kan er de komende tijd eventueel vanuit meerdere invalshoeken iets tevoorschijn komen. Ik ben benieuwd wat er langs gaat komen. De schrijfkriebels zijn weer toegeslagen. Ik heb weer zo’n zin om te gaan schrijven. En waarom zou ik daar niet gewoon aan toegeven? Dus schrijven maar.
Nu het vandaag zo stormt moet ik opeens denken aan de meimaand van 1992. Het was die maand dertig jaar geleden dat wij trouwden. Dat was in mei 1962. Het was een prachtig zonnige dag toen. Ik nam een pakketje dromen mee in ons huwelijksbootje. Verschillende dromen zijn nooit uitgepakt. Het bleken luchtkastelen te zijn. Onze liefde, dat bleek geen droom of luchtkasteel te zijn! Verder ben ik er achter gekomen dat het leven niet te plannen valt. Die dertig jaren waar zijn ze gebleven? Vervlogen! Vervlogen als een zucht in de tijd. Onze kinderen zijn volwassen. En vorig jaar werden we de gelukkige opa en oma van onze eerste kleindochter, Laura. En dan kun je het niet langer ontkennen dat je ouder aan het worden bent.
Het is vandaag zaterdag. We hebben, om ons dertig jarig trouwfeest te vieren een tafel gereserveerd op de Euromast. Het lijkt ons een belevenis om met zijn allen naar de Euromast te gaan. Van grote hoogte over de stad te kijken. De lichten van de voorbij flitsende auto’s en de stadslichten van bovenaf te kunnen zien. We zijn vol verwachting, hebben er echt zin in. Als we ons aan het klaarmaken zijn horen we de wind om ons huis loeien. Van alle kanten kleppert en klappert het. “Ik geloof dat het al harder gaat waaien, wat gaat het te keer” zegt Gijs.”Ja” zeg ik “het was mij nog niet eerder opgevallen maar nu hoor ik het ook”. Terwijl haast ik mij om op tijd weg te komen. Judith loopt ook druk heen en weer, de tas voor Laura moet nog worden klaar gemaakt. Luiers, zalf, spuugdoekjes, drinken, speeltjes, alles wat een kleintje van negen maanden nodig heeft moet mee. Ik zie op het laatste moment dat er een ladder in mijn panty zit. En Judith roept: “wie heeft het aapje van Laura gezien, ik kan het nergens vinden. Gijs kijkt het, zijn wijze hoofd schuddend, aan: “het oude liedje” mompelt hij “uiteindelijk toch weer haasten en rennen om weg te komen”. Maar het lukt, ook vandaag komt het toch nog weer goed. Eindelijk zijn we dan toch reisvaardig. Monter lopen we naar buiten.
Schoonzoon Laurens krijgt de autosleutels. We vinden het een goed plan dat hij ons deze avond door Rotterdam loodst. Met vaardige hand bestuurt hij de volgepropte auto. De politie kijkt wel even naar een andere kant, hopen we. De wind is aangewakkerd tot windkracht acht. Wat gaat dat worden op de Euromast? We hebben besproken, afzeggen is geen optie. Als we op de Parkhaven aankomen zien we wonder boven wonder een gaatje vrij, vlak bij onze locatie. Beter kan niet met die storm! En nu op naar de Euromast: de trots van Rotterdam met een toren van 185 meter hoog. Als we vóór de ingang staan zien wij van dichtbij hoe hoog de Space Tower eigenlijk is.
Met de lift zoeven we naar boven. Eenmaal binnen ontvouwt zich een prachtig panorama. Vanuit het raam kijken wij uit over de stad. Die grote stad ligt nu aan onze voeten. De auto’s die beneden voorbij flitsen lijken de Dincky Toys waar de kinderen vroeger mee speelden. En straks zal het schouwspel nog mooier worden. Het is nu nog licht maar de avond gaat al vallen. De zon is aan het wegzinken boven de huizen. Voor Laura wordt een kinderstoel neergezet. En daar zit zij, hoog op haar troon. Vanuit haar kinderstoel kijkt ze van de één naar de ander. Ze geniet zichtbaar van haar hoge plaatsje. Ze is de liefheid zelve, als ze er maar bij mag zijn. We zijn compleet en zo voelt het: saamhorig en compleet! Af en toe buigt het raam een beetje door de wind. We zitten wel erg hoog met zo’n harde wind. Ik kijk om mij heen, naar de tafeltjes die allemaal bezet zijn. Naar de mensen die vrolijk en geanimeerd met elkaar praten. De zaal loopt rond. Aan de kanten zijn de ramen om naar buiten te kijken. De wind giert om de ramen.
We laten ons de maaltijd heerlijk smaken. Wel lijkt het buiten steeds harder te waaien. De wind mag van ons best wat in kracht afnemen. “Ik begrijp er niets van zegt Anton, ik ben zo duizelig als wat. En ik heb nog geen druppel gedronken”. Met angst kijken we naar de schilderijen. Zij zwaaien in een vrolijke cadans van links naar rechts, en dan weer terug . Heen en weer. Om duizelig van te worden. De ober ziet het ook en komt aanlopen. Hij haalt ze één voor één van de wand. Zonder woorden brengt hij ze weg, alsof het de gewoonste zaak van de wereld is. Wij kijken ontdaan toe. Dat die schilderijen zo heen en weer zwaaien betekent dat de Euromast in beweging is. Heen en weer zwaait zoals de schilderijen. En Anton? Die is gewoon zeeziek op een toren. We kijken elkaar aan, zullen we naar huis gaan? Maar iedereen blijft en eet gewoon verder alsof er niets aan de hand is. De schilderijen zijn van de wand. Die zien wij niet meer. Maar we weten het wel: het restaurant van de Euromast zwaait, misschien wel een meter uit het lood, heen en weer.
We eten verder zoals iedereen, alsof er niets aan de de hand is. De muren zien er kaal en wit uit nu de schilderijen weg zijn. Het is inmiddels later en donker geworden. Lauraatje heeft het nog steeds prima naar haar zin. Overal in de stad worden lichten ontstoken. Diep beneden ons op de weg zien wij een lange keten van brandende koplampen vooruit gaan. Het is een bijzondere gewaarwording. Buiten raast de storm onverminderd voort. Wij zitten hoog en droog dat valt niet te ontkennen. Maar ons veilig voelen? Dat is een ander verhaal.
De maaltijd loopt ten einde. Ondanks de storm en de zwaaiende schilderijen is het etentje heel gezellig verlopen. We zijn weer bij gekletst. De nieuwtjes zijn uitgewisseld. We gaan de thuisreis ondernemen. De lift brengt ons weer naar beneden. Eenmaal beneden haal ik stiekem opgelucht adem. Het is allemaal goed afgelopen. We lopen opboksend tegen de wind, terug naar onze auto. De regen striemt in ons gezicht. Judith houdt lauraatje dicht tegen zich aan. De weg ligt bezaaid met boomtakken en bladeren. Wat een bofkonten zijn wij dat de auto zo dichtbij geparkeerd staat. Als we zitten sluiten we de portieren. Laurens rijdt ons voorzichtig naar huis. Ik stap voldaan, en vooral dankbaar, ons huis binnen. We zijn weer thuis!
Nu ruim twintig jaar later staat de Euromast er nog altijd. De laatste storm van vorige week heeft hij ook overleefd. Dat mensen dat kunnen berekenen hoe de gebouwen moeten verrijzen. Zó bouwen, dat immens hoge gebouwen, de zwaarste stormen kunnen doorstaan.
oef dat is echt niet lekker dus. Ik zou geen hap meer door mijn keel krijgen.
Groet, Wilma
Dag Wilma, ook weer gezellig vanuit overzee op mijn blog! Fijn je weer te ontmoeten. Het was inderdaad heel griezelig. Gelukkig ben je met z’n allen en is er veel afleiding. Maar toch, het is wel iets om nooit te vergeten.
Maar het eten was toch nog erg lekker. Dat nu weer wel! En dank dat je er weer was met je inbreng!
Groetjes van Maaike
Hallo Maaike,
Na een heel lange vakantie, zijn we al een tijdje weer “op honk”. Kroatië was prachtig en wat hebben we genoten, maar éénmaal thuis genieten we weer van de kleine dagelijkse dingen. Een vaststaand ritueel is: koffie bij de pc en o.a. “Mee op de wind” lezen. Iedere keer kleine cadeautjes met vele (voor mij) herkenbare feiten of herinneringen.
Fijn dat je goed hebt bijgetankt en de zgn. pen, weer ter hand hebt genomen 😉
Groetjes Gerlien
Dag Gerlien, ook weer terug van weggeweest. Gezellig om je weer terug te zien op mijn blog! Je bent echt wel lang weg geweest, begrijp ik. Ja Kroatië moet heel mooi zijn, heb ik gehoord! Ik ben blij dat je er weer bent met je reactie op mijn verhaal. Ja uiteindelijk zijn het toch de mooie kleine, terugkerende dingen die het leven glans blijven geven! En als daar mijn blogjes bij horen, geeft dat mijn leven weer glans. Mijn dank voor het lezen en reageren. Met groetjes van Maaike
Dag Maaike ,inderdaad zou je zeeziek worden zo hoog in de lucht en met zo,n stevige bries .wij hebben daar ook een keer gegeten.,en hoewel het eten heerlijk was ?,toch word je dan zweverig.maar mijn beentjes blijven maar liever op de grond.nietemin was het weer een mooie verhaal .groet van Nellie
Dag Nellie, ja en Anton is daar blijkbaar heel gevoelig op. Maar ik herinner het mij maar al te goed die storm. En jij hebt er dus ook heerlijk gegeten. Vond je het ook zo,n prachtig gezicht om over de stad te kijken. Maar ik ga nooit meer met zo’n storm op de Euromast. Gezellig dat je weer reageert Nellie. Het nieuwe verhaal is in de maak maar het kan nog wel even aanlopen. Dank voor je reactie. Een groet van Maaike
ik vind het o zo leuk, je verhalen te lezen.ik ben zelf niet zo creatief.
Maar ik lees ze graag!
Groetjes van Ineke.
En ik vind het o zo leuk dit berichtje te lezen Ineke. Zo zijn er twee mensen blij! Reageren is overigens ook creatief, vind ik.
En dat je mijn schrijfsels graag leest maakt schrijven voor mij weer leuker. Daar om mijn dank voor je reactie! Met groetjes van Maaike